ZWILLBROCK – In Duitsland de zekerheid dat je met zonnepanelen en windmolens zowel het milieu helpt als financieel voordelig uit bent. In Nederland initiatieven om landbouw én het platteland vitaal te houden. In Zwillbrock lichtten zaterdagmiddag GroenLinks en Die Grünen elkaar voor over groene initiatieven aan beide kanten van de grens.
„We wisten nauwelijks dat jullie er waren“, bekende zaterdag het Vredense raadslid Helma Benke lachend. Haar Berkellandse collega Stefan Nijhuis bekende ook niet dagelijks met Die Grünen bezig te zijn. In Europees verband maken beide partijen deel uit van één fractie. Nederland blijft op dit moment achter bij Duitsland, als het gaat om wind- en zonne-energie. Benkes collega-raadslid Gerd Welper vertelde hoe in Duitsland een wet voor twintig jaar het kunnen terugleveren van zelf opgewekte groene stroom tegen een gegarandeerde prijs regelt. Vreden loopt daarbij zelfs voorop, meldde Welper. „Die installaties verdienen zich in tussen de elf en twaalf jaar terug. Daarna kun je dus nog acht jaar profitabel terug aan het net leveren. Mocht na twintig jaar de netbeheerder niet meer willen, heb je altijd nog groene stroom voor jezelf.“ Voorzitter Bertus Hesselink van de Gebiedscommissie Berkelland – zelf geen GroenLinks-lid – vertelde over groene initiatieven op het platteland. Hoewel landbouw de belangrijkste tak van sport in het gebied blijft, stopt twee derde van de huidige agrariërs er mee. Natuurontwikkeling en nieuwe functies moeten helpen het platteland leefbaar te houden.